Christoffelberg
In het Christoffelpark ligt de gelijknamige berg. Met een beetje navigeren kom je bij de ingang van het park uit. Het laatste stuk is er maar één weg dus het is bijna niet te missen. Eenmaal bij het entree huisje kan je een toegangskaartje tot het park en de berg kopen. Dit kost ongeveer €12,50 per persoon. Na een korte uitleg over het park mag je met je kaart op pad. Wij kozen ervoor om meteen de berg te beklimmen. Ze praten erover alsof je je oma van 80 ook gezellig mee zou kunnen nemen. Gewoon het pad volgen, uurtje omhoog, uurtje naar beneden en neem minimaal 2 liter water mee. Oké zo gezegd zo gedaan, wij naar de voet van de berg en onze tocht kon beginnen. Het eerste gedeelte is nog goed te doen, een smal pad wat lichtelijk omhoog loopt en waar af en toe een stronk of een steen in de weg ligt. Na een tijdje moet je al wat grotere rotsblokken op stappen maar ook dit is nog goed te doen. Toen wij gingen was het heel erg bewolkt, wat op zich fijn is want het is echt heel erg warm. Dat is ook de reden dat er na 11:00 uur niemand meer mag vertrekken de berg op, dan wordt het gewoonweg te heet. Na ongeveer een half uur stevig doorlopen en klimmen kwamen we bij het laatste stuk. Hier wordt het echt een serieuze klim. Er is geen duidelijk pad en je moet rotsblokken op klimmen die behoorlijk hoog en stijl zijn. Ik vond het nogal een aparte gewaarwording dat je min of meer aan je lot wordt overgelaten. Het is te doen, maar een beetje fitness en durf is zeker wel nodig! Eenmaal boven werd meteen duidelijk dat het grote voordeel van klimmen in de bewolking ook een groot nadeel met zich mee brengt. Het was super bewolkt. Het oh zo prachtige uitzicht wat je altijd ziet op foto’s was nauwelijks te zien. We hebben boven even ons meegenomen broodje gegeten, wat water gedronken en hebben de afdaling ingezet. Halverwege de rotsformatie liepen we op een dood spoor, althans we stonden aan de rand van een kleine afgrond. Dus moesten we weer een stuk terug klimmen om via een andere kant uiteindelijk het “normale” pad weer terug te vinden. Echt een avontuur wat ik niet had willen missen!

Als je dit gaat doen, trek goede stevige schoenen aan, neem wat water en eten mee in een rugzakje, smeer je goed in als de zon schijnt, vertrek vroeg en vergeet je fototoestel niet.

Blauwe kamer
Zoiets wat er op de foto’s gruwelijk mooi uit ziet en waarvan je in het echt denkt, was het al die moeite waard. Misschien lag het aan het feit dat het maar af en toe zonnig was, waardoor het effect niet altijd te zien was. Je kan op twee manieren naar de blauwe kamer toe. De eerste is via een bootje bij Santa Cruz en de tweede is vanaf daar zelf lopen. Wij kozen de avontuurlijke route en zijn gaan lopen. Wat goed te doen is, maar wederom staat het nauwelijks aangegeven waar je heen moet. Vlak bij de bootjes zie links een vaag pad wat omhoog loopt tussen de bomen door. Daar hing een boom dwars over het pad waardoor je er eerst gehurkt onderdoor moet. Dat pad is vrij duidelijk en na ongeveer 10 minuten kom je bij het zwarte strand van Santa Pretu. Een totaal verlaten strandje waar je meteen links het pad in moet slaan als je verder wil naar de blauwe kamer. Na een tijdje kom je op een soort brede zandweg. Deze loop je helemaal uit en aan het einde ga je rechts. Dan sta je na een tijdje eigenlijk boven op de rots waarin de blauwe kamer zich bevindt. De rotsen zijn echt scherp dus waterschoentjes zouden fijn zijn geweest. Wij liepen zelf op slippers wat het naar beneden klimmen lastig maakt en het moment dat je ze uitdoet en in zee springt ook pijnlijk aan je voeten. We hebben een handdoek gelegd op de plek waar we er later weer op moesten klimmen. Er is namelijk verder niks geregeld, geen trappetje of bordje waar het precies is. Als je heel goed kijkt zie je blauwe stippen op het pad en op de rots, die de richting aangeven. Volgens zeggen kan je ook vanaf de bovenkant van de rots in het water springen. Dit hebben wij niet gedaan omdat we onze handdoek beneden wilden hebben zodat je beter houvast heb als je uit het water klimt. Je moet even onder water om de grot in te komen. De grot is vrij groot en heel donker aan de achterkant. Als je erin bent zie je het effect van het blauw ogende licht de grot in. Het was mooi om te zien, maar we zijn niet langer dan 5 minuten in de grot geweest.

Playa Grandi
Toch wel echt een bucketlist dingetje voor mij. Playa Grandi, waar je de grootste kans hebt dat je schildpadden ziet. Ik snap ook wel waarom. De vissers komen aan het begin van de middag terug met hun vangst, maken het schoon en gooien de resten in het water. De schildpadden komen hier massaal op af. Wij waren er om 15:00 uur en er waren echt tientallen schildpadden. Van kleintjes tot hele grote. Je mag ze niet aanraken, wat ik goed snap want schildpadden hebben ook gevoel in hun schild. Daarnaast verstoor je ook hun natuurlijke omgeving al genoeg door er te zijn met al die toeristen tegelijk, laat staan door ze dan ook nog aan te raken. Als je wat meer naar het diepe zwemt dan kom je los van de meeste toeristen en daar zagen wij ook nog genoeg schildpadden. Pas wel op, ze kunnen hard bijten. Soms moest ik ze echt ontwijken omdat ze er gewoonweg door wilden en ik lag in hun pad. Ze hebben we niet geprobeerd te bijten, maar een toerist die ze continue aan het aaien was wel. Jammer dat ze net op tijd weg dook, het was wat mij betreft haar verdiende loon geweest. Als je een onderwatercamera hebt, vergeet deze niet. Het is werkelijk waar zo gaaf en dat wil je toch zeker vastleggen. Al is het maar om de thuisblijvers een beetje jaloers te maken.